Heidi Op de Beeck (Heilig Graf)

Heidi Op de Beeck: Betrokken en begeesterd!

Heidi begon haar loopbaan op Heilig Graf Patersstraat als leerkracht godsdienst, maar in de loop der jaren kwamen daar steeds meer zorgtaken bij. Nu is ze beschikbaar als leerling- en pedagogisch begeleider. Voor de leerlingen treedt ze op als rouwbegeleider en volgt ze de kansarmoedeproblematiek op. Ook de leerkrachten kunnen bij haar terecht en dan gaat het vaak over communicatie-issues. Zo probeert ze de dialoog op gang te houden.

 

Heb je het idee dat er meer nood is aan een job als de jouwe?

Heidi: “Rond kansarmoede is er zeker meer werk aan de winkel dan vroeger. Onze schoolpopulatie kent veel meer jongeren uit  maatschappelijke kwetsbare gezinnen dan pakweg twintig jaar geleden. Ook de Turnhoutse bevolking toont die evolutie. We hebben er daardoor ook veel meer aandacht voor op school, al blijft het daar een zoeken.”

Jullie school biedt natuurlijk het hele scala aan opleidingen aan en dat impliceert ook een gevarieerde leerlingenpopulatie.

Heidi: “Maar dat vind ik nu net boeiend. We vinden hier op het Heilig Graf bij onze leerlingen echt een doorsnede van de maatschappij terug.”

Hoe ziet je gemiddelde dag eruit?

Heidi: “Dat varieert enorm. Soms ligt de focus op collega’s, dan weer op de leerlingen. Ik heb wel een vaste rouwgroep, een lotgenotengroep noem ik dat. Daar komen we elke donderdag mee samen. Daar kunnen de leerlingen dan hun verlieservaring delen en van elkaar horen hoe je ermee om kunt gaan. Ik probeer hen tegelijk een aantal vaardigheden aan te leren: luisteren bijvoorbeeld, luisteren zonder meteen adviezen te geven. Ik zet heel hard in op de onderlinge communicatie. Ook een persoonlijke benadering vind ik essentieel. Kansarmoede vind ik zelf een lastiger thema. Wij kunnen wel een luisterend oor bieden, maar in essentie kunnen we dat als school natuurlijk niet oplossen.”

 

"De bewustwording rond kansarmoede vind ik hier wel echt heel belangrijk. Heel wat collega’s hebben ondertussen met een andere bril leren kijken naar de problematiek en zijn bereid om daar ook rekening mee te houden."

 

Welke bijscholingen heb je zoal gevolgd?

Heidi: “Twee therapeutenopleidingen, enkele nascholingen rond rouw, een opleiding narratieve therapie… Ik werk hier al 26 jaar en ik heb al heel wat mogen volgen. Daar ben ik de directie heel dankbaar voor.”

Welke succeservaringen heb je hier op school kunnen realiseren? Waar mogen jullie als school echt wel fier op zijn?

Heidi: “De bewustwording rond kansarmoede vind ik hier wel echt heel belangrijk. Heel wat collega’s hebben ondertussen met een andere bril leren kijken naar de problematiek en zijn bereid om daar ook rekening mee te houden. Te laat komen bijvoorbeeld of niet in orde zijn, kan heel wat oorzaken hebben, die vaak buiten de leerling zelf vallen. Daar correct mee omgaan zou een automatische reflex moeten zijn, maar dit maakt de job er zeker niet makkelijker op. Ook ons sanctiebeleid willen we daar op afstemmen, maar dit is een proces van lange adem. Leerkracht-zijn is tegenwoordig zoveel meer dan lesgeven alleen.”

Dit is natuurlijk een problematiek die niet alleen op jullie school speelt. Zouden jullie baat kunnen hebben bij een schooloverstijgende werkgroep?

Heidi: “Ik weet niet of de scholen voorlopig al genoeg op dezelfde golflengte zitten, al merk ik dat er wel een kentering aan het komen is. Die gemeenschappelijke visie mis ik jammer genoeg nog een beetje en dan moet je noodgedwongen nog veel tijd steken in het verdedigen van je eigen aanpak. We mogen ook niet vergeten dat het om veel meer dan centen alleen draait: de dagelijkse stress van mensen in kansarmoede mag je echt niet onderschatten. Die kinderen kunnen niet mee met alles wat we van hen verwachten. Die zijn overbevraagd, overprikkeld… en die hebben zoveel zorgen: financieel, maar zeker ook relationeel… Deze doelgroep kent veel meer verlieservaringen dan wij, mensen uit de middenklasse: wat verliest een vluchteling bijvoorbeeld allemaal, of hoeveel overlijdens zijn er in families waar men niet gezond kan leven, hoeveel verhuizingen moeten sommige leerlingen verdragen, met telkens verlies van vrienden en contexten… We moeten natuurlijk rekening houden met die schoolrekening, dat is nu eenmaal een duidelijk zichtbaar aspect, maar voor die jongere zelf gaat dat nog een heel stuk verder.”

 

"Eigenlijk zouden tampons en maandverband een basisproduct moeten zijn, net zoals wc-papier."

 

Jullie hebben nu ook ingezet op menstruatiearmoede.

Heidi: “Dat klopt! Onze werkgroep rond kansarmoede heeft een samenwerking op poten gezet met de leerlingenraad. Die hebben dan een bevraging hierrond georganiseerd. We hadden er immers geen idee van hoe groot het probleem was en we wilden zo te weten komen of er effectief meisjes waren die problemen hadden om tampons of maandverband aan te kopen. Doordat dit vanuit de leerlingenraad vertrok, merkten we ook een grotere bereidheid en kregen we 400 vragenlijsten terug binnen. 12% van de meisjes gaf aan dat ze elke maand met de nodige stress zaten omdat ze die producten niet konden betalen. Er is ook een dubbel taboe. Enerzijds heb je het taboe, de schaamte rond menstruatie zelf en anderzijds heb je dan ook nog dat financiële kantje. We merken dan dat meisjes naar alternatieve oplossingen zoeken: 2 slipjes bijvoorbeeld met daartussen toiletpapier of een paar sokken of thuis blijven…”

Hoe willen jullie daar nu praktisch iets aan doen?

Heidi: “Op zich konden de meisjes al terecht op het leerlingensecretariaat, maar we merkten dat die drempel toch redelijk hoog is. We hebben dan dit project opgestart en daar zijn we nu samen met alle partijen aan het werken. Ook onze leerlingenraad speelt hier weer een belangrijke rol. Eigenlijk zouden tampons en maandverband een basisproduct moeten zijn, net zoals wc-papier. We gaan dit initiatief nu na de paasvakantie uitrollen, niet alleen hier in de Patersstraat, maar ook in de Klinkstraat en de Apostoliekenstraat.”

Gaan jullie dan automaten hangen in de damestoiletten?

Heidi: “Daar hebben we even over gedacht, maar we houden het een stuk simpeler. In een aantal toiletten zullen we simpele bakjes voorzien waar ze gewoon maandverband en tampons kunnen nemen als ze dat nodig hebben. Op de deur hangen we een sticker die aangeeft dat ze daar terecht kunnen. Die ontwerpen de leerlingen ook zelf. Het belang van die samenwerking met de leerlingenraad kan ik niet genoeg benadrukken!”

Hebben jullie geen schrik dat hiervan geprofiteerd zal worden? Gratis maandverband…

Heidi: “We moeten dit aan iedereen aanbieden, je kunt daar immers geen onderscheid in maken. We gaan dit zeker evalueren na een tijdje, maar ik denk dat we als school echt een rol te spelen hebben om dat taboe weg te werken. Daar zijn we nu heel hard mee bezig.

Daarnaast proberen we ook te sensibiliseren rond duurzame menstruatieproducten. Op langere termijn is dit voor kansarme mensen financieel immers een stuk interessanter. En de impact op het milieu mogen we natuurlijk ook niet vergeten.

Het is ook belangrijk dat we iedereen mee hebben in dit verhaal: de leerlingen, de leerkrachten en de directie, maar ook het poetspersoneel dat de voorraad moet aanvullen.”

Hoe wil je het taboe rond menstruatie aanpakken?

Heidi: “Daar zijn we nog niet uit… Het project staat echt nog in zijn kinderschoenen. Het is iets waar we als school achter staan en waarover we de dialoog over moeten durven aangaan, ook met de ouders bijvoorbeeld. We hebben gemerkt dat het thuis vaak ook nog not done is om erover te spreken. Er is dus nog veel werk aan de winkel, maar ik ben heel blij dat we hier als school voor durven gaan en deze keuze hebben gemaakt!”

Daar kunnen we het alleen maar mee eens zijn! Veel succes met dit initiatief!